De Corona-Tracer heeft een geheugen voor een paar maanden.
Dit is een circulaire buffer, dus wanneer deze vol is wordt de oude informatie overschreven door nieuwe informatie.
Bij het uitlezen van de tracer door de app worden standaard de laatste 14 dagen door de tracer verzonden.
Een andere periode is in te stellen in de app.
Dit is de meest interessant periode voor contactinformatie omdat dit de incubatietijd van Covid-19 is.
Overheden, openbare en particuliere gezondheidsbedrijven werken aan het introduceren van proximity-apps voor het publiek om de sociale afstandsvereisten te helpen waarborgen. De apps die in ontwikkeling zijn, maken ook gebruik van Bluetooth-technologie om de afstand tussen twee mobiele telefoons te meten. Het verschil tussen deze apps en de Corona-Tracer is dat de apps zijn verbonden met internet en met een centrale autoriteit die moet registreren wie besmet is en wie niet. De Corona-Tracer is een speciaal apparaat met een eigen batterij en werkt 24/7. Er is geen centrale database, geen GPS en geen verbinding met internet. De gegevens worden op elk apparaat opgeslagen en alleen wanneer een werknemer geïnfecteerd raakt, worden hun contactgegevens geëxporteerd. Deze functie kan alleen worden uitgevoerd door gekwalificeerd personeel.
De HR-afdeling moet elk apparaat registreren met het bestaande medewerkersidentificatiesysteem, bijv. de ID van het apparaat koppelen aan het werknemersnummer.
Daarna kunnen de apparaten direct worden ingezet voor alle werknemers in de fabriek.